Fanshop Tickets
Fanshop Tickets

BERICHT UIT PORTUGAL (2): CASTELEN HOOPT MAANDAG FIT TE ZIJN

Terwijl Jong Oranje de wonden likt van de tweede teleurstellende prestatie op het EK, zijn er voor Romeo Castelen nog andere zorgen. De rechtsbuiten hoopte vrijdagochtend nog te kunnen spelen tegen Denemarken, maar een bovenbeenblessure gooide roet in het eten. Het is zelfs maar de vraag of hij de afsluitende groepswedstrijd tegen Italië haalt. Mocht dat niet lukken, kunnen de minuten die hij maakte tegen Oekraïne wel eens zijn laatste actieve van het seizoen zijn geweest. ‘Dat zou een gigantische kater zijn, maar het is het laatste waar ik nu aan denk’, aldus Castelen, die vertrouwen houdt in de goede afloop.

Castelen: ‘Het toernooi verloopt tot dusver niet zoals we hadden gehoopt. Op voorhand had ik niet verwacht dat we één punt zouden hebben na twee wedstrijden. Dat is een domper. We hebben tegen Oekraïne een valse start beleefd en zijn er tegen Denemarken niet in geslaagd dat recht te zetten. Dat is frustrerend, omdat we het bereiken van de halve finale niet meer in eigen hand hebben. Zelfs bij een overwinning op Italië kan het toernooi over zijn. En als we al in de poulefase worden uitgeschakeld mogen we gerust stellen dat we een slechte prestatie hebben geleverd. Maar zolang er kansen zijn, moeten we vertrouwen houden in de goede afloop. Tegen Denemarken werd er in de eerste helft best goed gespeeld, al bleven de kansen uit. We kwamen op 1-0, maar krijgen door een rotgoal de gelijkmaker tegen. We hadden nog stiekem de overwinning kunnen pakken, maar het gelijkspel was over het geheel genomen een terechte uitslag.’

‘Dat we tot dusver teleurstellend presteren is niet alleen aan een slechte vorm toe te schrijven. We draaien niet optimaal, dat is een feit. Maar het is ook een sterk toernooi. Het zijn allemaal kerels die hier spelen, dat hebben we de laatste twee wedstrijden wel kunnen zien. Ik wil dat niet als excuus aanvoeren, want wij hebben de kwaliteit de groepsfase te overleven. Maar we hebben er wel mee te maken en komen dus in de problemen als het even niet zo draait als het zou moeten.’

‘Ik heb de wedstrijd tegen de Denen vanaf de bank gezien. Ik had nog teveel last van mijn bovenbeen. Vrijdagochtend had ik nog de hoop te kunnen spelen. Ik ben naar de fysiotherapeut geweest, maar ik had teveel pijn. Ik kon amper op mijn been staan en moet maar hopen dat ik maandag mee kan spelen. Ik heb gelukkig nog een aantal dagen en denk dat ik het wel ga redden. Ik hoop het heel erg, want het idee dat de wedstrijd tegen Oekraïne de laatste van het seizoen is geweest kan ik maar moeilijk verkroppen. Zo wil ik het seizoen niet afsluiten.’

‘We zitten nu enkele uren na de wedstrijd en de sfeer in de groep is rustig. Het is stil, iedereen baalt er ontzettend van dat we niet hebben gewonnen. Het komt niet slecht uit dat we drie dagen hebben om ons er overheen te zetten. Tegen Italië is het geen willen, maar moeten. Daar is iedereen van doordrongen. Voor mij is het zaak fit te geraken en vervolgens te vlammen tegen de Italianen. Dat is wat me nu bezighoudt.’