WK-team op de voet gevolgd: Shabir Isoufi
Feyenoord is met zes spelers hofleverancier van het Nederlands WK-team O/17 dat in Nigeria verblijft voor het Wereldkampioenschap voor spelers onder de zeventien. Stefan de Vrij, Mats van Huijgevoort, Bruno Martins Indi, Kevin Jansen, Shabir Isoufi en Luc Castaignos strijden vanaf eind oktober voor de winst in het Afrikaanse land. Oranje is ingedeeld in een poule met Gambia, Iran en Colombia. Feyenoord.nl volgt de zes talenten op de voet. Vandaag in deel I: de eerste indrukken van Shabir Isoufi.
De reis die Oranje O/17 afgelopen maandag maakte naar het in de binnenlanden van Nigeria gelegen Calabar, was voor de jonge voetballers al een belevenis op zich. Na de vlucht van Schiphol naar de hoofdstad Lagos, begon voor de talenten het echte avontuur.
‘Onder een politie-escorte vertrokken we naar een ander vliegveld, waarvandaan we de volgende vlucht zouden maken’, blikt Isoufi terug. ‘We kwamen alleen uit bij het verkeerde vliegveld, waardoor we enige vertraging opliepen. Maar het was leuk dat kruisingen steeds voor ons werden afgezet. Het laat ook zien dat dit wereldkampioenschap niet zomaar een toernooi is.’
De talenten verblijven in Calabar in hetzelfde hotel als hun tegenstanders in de poulefase. Tot echte gesprekken heeft dat nog niet geleid. ‘Verder dan wat groeten op de gang komt het niet’, zegt Isoufi. ‘Het is verder een mooi hotel, alleen is de internetverbinding heel traag. Gelukkig kunnen we wel bellen met onze familie en vrienden.’
De voetballers, waarvoor in Nigeria school gewoon doorgaat, trekken buiten de trainingen veel met elkaar op. Met name spelen op de Playstation is favoriet. ‘Veel jongens hebben er een bij zich en we spelen daarom veel tegen elkaar’, zegt Isoufi. ‘De omgeving zien we eigenlijk alleen als we gaan trainen.’
Wat de jongens onderweg naar het trainingsveld vanuit de busjes zien, is voor veel van hen even wennen. Het Afrikaanse land heeft te kampen met veel armoede en het straatbeeld staat dan ook in schril contrast met wat ze in Nederland gewend zijn. ‘Ikzelf ben er wel bekend mee’, zegt Isoufi. ‘Ik kom uit Afghanistan en weet dus hoe armoede eruit ziet. Maar dat neemt niet weg dat het zielig is om te zien hoe heel jonge kinderen al met allerlei koopwaar op hun hoofd lopen. Het gaat er allemaal heel chaotisch aan toe op straat.’
Aanstaande zondag wacht met Colombia de eerste tegenstander voor Oranje. Veel weten de talenten nog niet van de Zuid-Amerikaanse opponent, maar daar zal in de aanloop naar het duel nog verandering in komen. ‘We gaan nog een wedstrijd van de Colombianen op DVD bekijken’, zegt Isoufi. ‘Maar ik geef ons hoe dan ook een goede kans om de volgende ronde te bereiken, want ik vind dat wij een goed team hebben. We hoeven niet bang te zijn voor onze tegenstanders.’
Na de nodige trainingen op Nigeriaanse grond, mag het toernooi voor Isoufi nu wel beginnen. ‘Ik kijk enorm uit naar de eerste wedstrijd’, besluit hij. ‘Dit is een heel groot toernooi en ik wil graag voetballen. Verder dan de poulefase kijk ik niet, maar ik denk dat als we honderd procent inzet tonen, we langer dan twee weken van huis zullen zijn.’
‘Onder een politie-escorte vertrokken we naar een ander vliegveld, waarvandaan we de volgende vlucht zouden maken’, blikt Isoufi terug. ‘We kwamen alleen uit bij het verkeerde vliegveld, waardoor we enige vertraging opliepen. Maar het was leuk dat kruisingen steeds voor ons werden afgezet. Het laat ook zien dat dit wereldkampioenschap niet zomaar een toernooi is.’
De talenten verblijven in Calabar in hetzelfde hotel als hun tegenstanders in de poulefase. Tot echte gesprekken heeft dat nog niet geleid. ‘Verder dan wat groeten op de gang komt het niet’, zegt Isoufi. ‘Het is verder een mooi hotel, alleen is de internetverbinding heel traag. Gelukkig kunnen we wel bellen met onze familie en vrienden.’
De voetballers, waarvoor in Nigeria school gewoon doorgaat, trekken buiten de trainingen veel met elkaar op. Met name spelen op de Playstation is favoriet. ‘Veel jongens hebben er een bij zich en we spelen daarom veel tegen elkaar’, zegt Isoufi. ‘De omgeving zien we eigenlijk alleen als we gaan trainen.’
Wat de jongens onderweg naar het trainingsveld vanuit de busjes zien, is voor veel van hen even wennen. Het Afrikaanse land heeft te kampen met veel armoede en het straatbeeld staat dan ook in schril contrast met wat ze in Nederland gewend zijn. ‘Ikzelf ben er wel bekend mee’, zegt Isoufi. ‘Ik kom uit Afghanistan en weet dus hoe armoede eruit ziet. Maar dat neemt niet weg dat het zielig is om te zien hoe heel jonge kinderen al met allerlei koopwaar op hun hoofd lopen. Het gaat er allemaal heel chaotisch aan toe op straat.’
Aanstaande zondag wacht met Colombia de eerste tegenstander voor Oranje. Veel weten de talenten nog niet van de Zuid-Amerikaanse opponent, maar daar zal in de aanloop naar het duel nog verandering in komen. ‘We gaan nog een wedstrijd van de Colombianen op DVD bekijken’, zegt Isoufi. ‘Maar ik geef ons hoe dan ook een goede kans om de volgende ronde te bereiken, want ik vind dat wij een goed team hebben. We hoeven niet bang te zijn voor onze tegenstanders.’
Na de nodige trainingen op Nigeriaanse grond, mag het toernooi voor Isoufi nu wel beginnen. ‘Ik kijk enorm uit naar de eerste wedstrijd’, besluit hij. ‘Dit is een heel groot toernooi en ik wil graag voetballen. Verder dan de poulefase kijk ik niet, maar ik denk dat als we honderd procent inzet tonen, we langer dan twee weken van huis zullen zijn.’