Schaken: ‘Focussen op komende belangrijke weken’
Ruben Schaken was zaterdagmiddag tijdens de eerste helft in het duel met BVV Barendrecht de tel kwijtgeraakt, zoveel voorzetten had hij vanaf de rechterkant afgeleverd. Dat er geen doelpunt uit ontstond, was tekenend voor de vierde oefenwedstrijd van de voorbereiding. ‘We hadden uit die voorzetten minimaal een keer moeten scoren’, zei Schaken na afloop van het met 0-1 gewonnen duel.
‘Daarmee verwijs ik overigens niet naar anderen’, vervolgde de aanvaller. ‘Het was steeds erg druk in het strafschopgebied, dan moet je geluk hebben dat de bal een keer goed valt. We hadden vandaag opnieuw te maken met een compact spelende tegenstander die de ruimtes erg klein hield. Dan nog is het aan ons om meer te creëren en een hoger rendement te halen uit de kansen. Net als in de vorige oefenduels hebben we te weinig gescoord.’
De vleugelaanvaller wilde geen conclusies verbinden aan het aantal doelpunten dat Feyenoord tot nu toe maakte in de voorbereiding. ‘Als we alle oefenduels wél met dubbele cijfers hadden gewonnen, had iedereen geroepen dat het aan de tegenstander lag. We hebben een goede week gehad in Ermelo, zo’n trainingskamp is ook voor de nieuwe jongens erg waardevol. We moeten ons nu focussen op de twee komende belangrijke weken, waarin we tegen grotere tegenstanders toe kunnen werken naar de start van de competitie en de voorronde van de Champions League. Zelf voel ik me steeds sterker worden, dus ik heb er alle vertrouwen in.’
Ook Anass Achahbar wees op het feit dat de voorbereiding pas halverwege is. ‘Die doelpunten komen echt wel’, zei de jonge spits na afloop. ‘Natuurlijk moet het voetballend beter en scoren we nog te weinig, maar vergeet niet dat we met een aantal nieuwe jongens spelen. We moeten nog wennen aan elkaar.’
Achahbar was blij dat Feyenoord tijdens de komende weken van de voorbereiding tegenstanders van hoger niveau treft. ‘Hoewel ik zelf prima uit de voeten kan in de kleine ruimtes, is het ook wel prettig om te gaan spelen tegen ploegen die niet alleen tegen willen houden. Tijdens de komende weken zal blijken waar we staan.’