Fanshop Tickets
Fanshop Tickets

FEYENOORD VRAAGT POLITIE-TOEZICHT

Feyenoord heeft de politie gevraagd om zondag bij de openingswedstrijd tegen Tottenham Hotspur extra toezicht te houden en onmiddellijk tot actie over te gaan als supporters zich schuldig maken aan ongewenste spreekkoren. Ook de interne veiligheidsdienst van Feyenoord zal hier behulpzaam bij zijn. Met het verzoek aan de politie hoopt Feyenoord een herhaling te voorkomen van de eerdere gebeurtenissen tijdens de Open Dag.
‘Zonder medewerking van de overheid staan clubs met hun rug tegen de muur. Wij registreren, maar het is de politie die relschoppers van de tribune moet kunnen halen en ook later nog – na bestudering van de video-opnamen – de daders moet kunnen inrekenen. Indien nodig legt de scheidsrechter daarvoor de wedstrijd tijdelijk stil. De KNVB is vervolgens de instantie die een stadionverbod oplegt en het systeem zou pas echt waterdicht zijn als er vervolgens op de wedstrijddagen van Feyenoord in de rust van de wedstrijd een meldingsplicht op de politiebureaus van zijn of haar woonplaats zou komen. Dat is de primaire taak van de overheid. Dat had meneer Van Heemst moeten weten’, aldus voorzitter Jorien van den Herik. ‘En natuurlijk hebben wij daarnaast ook onze eigen verantwoordelijkheid en men weet dat ik daar zeker niet voor weg loop. Dat leert het verleden wel en als het aan mij ligt komt iemand die de club een slechte naam bezorgt en het voor onze supporters verpest, er nooit meer in.' Bij Feyenoord blijft men niettemin hoogst ongelukkig met de uitspraken van het PvdA-kamerlid Peter van Heemst. ‘Dit soort spreekkoren zijn schandelijk, absoluut, maar ik en velen met mij hebben het niet gehoord en daarom had die TV ploeg het vanuit hun burgerplicht het bij ons moeten melden en er niet als item stiekem mee vandoor mogen gaan. Feyenoord is juist met name een grote voorstander van het opleggen van individuele straffen en voert - zoals bekend moet zijn - al jaren dit beleid ook uit. Maar als je te maken hebt met oproerkraaiers, die zich tevoren gesteund weten door het ontbreken van sancties, leiden kamervragen alleen maar tot grotere onrust.' ‘De heer Van Heemst’, vervolgt Van den Herik, ’had moeten weten dat zijn uitspraken koren op de molen zijn van de pers. Het probleem en de schande zijn nu disproportioneel uitvergroot. Ik heb allerlei afkeurende hoofdredactionele commentaren gelezen in algemene zin, zonder dat er ook maar één oplossing is aangedragen. En die is er wel: stadionverbod gekoppeld aan een meldingsplicht. Maar ook de Partij van de Arbeid heeft de clubs daar nooit bij geholpen. Ook de heer Van Heemst niet. Hij had er beter aan gedaan door aan zijn partijgenoot Middel te vragen hoe vaak Feyenoord al niet persoonlijk bij hem op die meldingsplicht heeft aangedrongen in plaats van naar de pers te hollen.'