Fanshop Tickets
Fanshop Tickets

Persconferentie Lippi

Feyenoord is het Champions League-toernooi begonnen met een gelijkspel en kan daar, gezien het verloop van de wedstrijd tegen Juventus, niet anders dan tevreden mee zijn. Weer was Pierre van Hooijdonk de held van De Kuip, door een kwartier voor tijd met een van zijn befaamde vrije trappen voor de eindstand te zorgen. Tegen de kampioen van Italië werd het 1-1.
De haren van de Feyenoorders waren na de galavoorstelling in Enschede nog nat, toen Bert van Marwijk zijn spelers in een korte maar krachtige monoloog al direct terug op aarde bracht. Natuurlijk had Feyenoord zojuist op indrukwekkende wijze gehakt gemaakt van FC Twente, ‘maar’, hield de coach zijn elftal voor, ‘we moeten niet hautain worden. Juventus is van een ander kaliber dan FC Twente. We gaan hoe dan ook een moeilijke wedstrijd tegemoet’. Van Marwijk had die voorspelling nog niet gedaan, of de moeilijkheidsgraad van Feyenoords eerste grote klus in de Champions League steeg nog eens door het wegvallen van Paul Bosvelt. Uitgerekend de man die met zijn speelstijl en ervaring voor de balans in het elftal zorgt, moest vanwege tragische familieomstandigheden ontbreken op de avond dat Feyenoord tegen Juventus aantrad. Van Marwijk had een aantal mogelijkheden om dat probleem op te lossen en koos uiteindelijk voor de variant waarbij hij de minste wijzigingen in zijn elftal hoefde door te voeren. Dus speelde Chris Gyan tegen de Oude Dame rechtsback en nam Emerton de honneurs waar op de plek van Feyenoords aanvoerder. Dat mannen als Del Piero en Nedved van een ander kaliber zijn dan Heubach en El Brazi, ondervond Feyenoord al vroeg in de wedstrijd. Er stonden nog geen drie minuten op de klok, of Montero mocht al van dichtbij op het Rotterdamse doel koppen. Edwin Zoetebier keerde de inzet met een prima reflex en hield z’n ploeg zo in de wedstrijd met de belangrijkste redding van de eerste helft. Feyenoord had in die openingsfase moeite z’n draai te vinden. Met zowel Song als Pardo in de basis en met Buffel achter Van Hooijdonk in de voorhoede, liep het niet zoals Van Marwijk wilde. De Italianen controleerden de wedstrijd, al kroop Feyenoord – nadat het van de eerste schrik was bekomen – wel meer en meer uit z’n schulp. Song zette Van Hooijdonk vrij voor de keeper. Feyenoords spits stond buitenspel, maar liet met z’n actie wel de eerste tekenen van herstel zien. Het was het startschot van een fase waarin het spel heen en weer golfde. Toch waren de beste mogelijkheden nog voor de Italianen. Zoetebier behoedde zijn ploeg na een kwartier voor de tweede maal voor een vroege domper, nadat gebrekkige communicatie tussen Song en Gyan de levensgevaarlijke Nedved in staat had gesteld te schieten. Zijn schot werd door Feyenoords doelman gekeerd. Het goede werk van de Volendammer gaf Feyenoord de gelegenheid om met dezelfde intentie te blijven voetballen. Het leverde de Rotterdammers bij vlagen een aantal aardige mogelijkheden op, waarvan de grootste in eerste instantie voor Thomas Buffel was. Nadat Zoetebier eerst nog een kopbal van Ferrara onschadelijk had gemaakt en Del Piero voor de eerste maal z’n fameuze versnelling had gedemonstreerd, begon Feyenoords beste aanval tot dan toe bij Song. De Koreaan zette deze aan de rechterkant van het veld zelf op door twee man voorbij te gaan en leverde de bal vervolgens panklaar af voor Thomas Buffel. De jonge Belg stond plotseling zonder noemenswaardige tegenwerking oog in oog met Buffon en schrok daar kennelijk zo van, dat hij recht op het lichaam van de doelman schoot. Van Marwijk zag het missen van die kans stampvoetend aan, ongetwijfeld in de wetenschap dat mogelijkheden van dit kaliber in de Champions League zeldzaam zijn. Dat bleek echter een misrekening, want na een dik half uur kreeg Van Hooijdonk een vergelijkbare kans. Weer zette Song de aanval op, ditmaal was het Buffel die z’n collega Van Hooijdonk goed in stelling bracht, maar Feyenoords topscorer schoot de bal van dichtbij hoog over het doel. De misser was extra zuur, omdat Juventus even daarvoor op voorsprong was gekomen. Een ogenschijnlijk afgeslagen aanval was na een half uur spelen voor de voeten van Camoranesi gevallen die vervolgens niet twijfelde en gelijk schoot. Zijn knal van twintig meter zeilde onhoudbaar voor Zoetebier in de kruising: 0-1. De 0-1 achterstand bracht Van Marwijk er in de tweede helft na tien minuten spelen toe om Kalou in te brengen. Hij viel in voor Pardo, kort nadat Feyenoord door het oog van de naald was gegaan toen Di Vaio een immense mogelijkheid had laten liggen. Maar ook met de Afrikaan in de ploeg viel het aanvalsspel van Feyenoord in de tweede helft grotendeels stil. De Italianen koesterden de 1-0 voorsprong, verkleinden het speelveld zo veel mogelijk en maakten het Feyenoord op die manier steeds moeilijker om in de buurt van Buffon te komen. Zo werd Feyenoord-Juventus meer en meer een wedstrijd waarin de Rotterdamse hoop moest worden gevestigd op één briljant moment. Van Marwijk vestigde een deel van die hoop op Bombarda, de Argentijn die in de slotfase mocht invallen Gyan. Toch kwam de verlossing niet van Bombarda, maar van de enige man van wie dat verwacht mocht worden: Pierre van Hooijdonk. Een kwartier voor tijd mocht Van Hooijdonk aanleggen voor zijn specialiteit. Eerdere pogingen waren in de loop van de wedstrijd al gestrand in de Italiaanse muur en ook nu sloegen de kanonskogels van Pi-Air in eerste instantie op die manier stuk. Maar omdat de Italianen weigerden om de verplichte afstand van 9 meter 15 in acht te nemen, mocht Van Hooijdonk het tot drie keer toe proberen. Dat was voldoende voor de specialist, die de derde poging onhoudbaar achter Buffon knalde: 1-1. Wat volgde was een ontlading op de tribunes en een fase waarin Feyenoord het nog een aantal keren benauwd kreeg, maar tot aan het laatste fluitsignaal overeind bleef.