RBC-COACH DEKKER VERHEUGT ZICH OP WEERZIEN

Chris Dekker kijkt met veel genoegen terug op zijn tijd op Varkenoord. ‘Ik heb jongens als Van Persie en Leonardo bij Feyenoord zien komen’, vertelt de coach. ‘Natuurlijk volg ik deze spelers én Feyenoord nog steeds. Er is toch een band ontstaan tussen mij en de club.’ Het proces van de professionalisering van de jeugdopleiding is voor een deel ingezet door Dekker, al wil hij zichzelf niet te veel op de borst kloppen. ‘Dat deze jongens zijn doorgebroken is vooral te danken aan hun toenmalige jeugdtrainers. Ik heb er voornamelijk voor gezorgd dat het spelsysteem is veranderd. Feyenoord legde meestal de nadruk op bepaalde posities, zoals de nummer tien. Maar ik wilde dat iedereen aan het voetballen kwam, dus ook een back moest een belangrijke rol krijgen in de ploeg. Dit is gelukt, vind ik.’ Dekker ziet zichzelf niet snel terugkomen bij Feyenoord. ‘Ik ben blij dat ik in Rotterdam heb gewerkt, kon er veel leren, maar ik denk niet dat ik er ooit zal terugkeren.’ DOELSTELLING De oefenmeester zit ook niet verlegen om werk, want sinds dit seizoen staat hij aan het roer van promovendus RBC Roosendaal. Met vier punten uit vijf wedstrijden ligt hij redelijk op schema. ‘We hebben met Vitesse, Heerenveen en Ajax al een aantal zware wedstrijden voor de kiezen gehad. Dit zijn niet de tegenstanders waar wij punten van moeten pakken. Maar de verschillen tussen de ploegen onderling, de topclubs uitgezonderd, zijn kleiner geworden. Ik weet nog niet waar RBC precies staat, want de competitie duurt 34 wedstrijden. Maar wij behoren, denk ik, tot een groep van acht, negen ploegen die aan elkaar gewaagd is. Onze doelstelling is om koste wat kost in de eredivisie te blijven.’ VERSCHIL Een logisch streven, aangezien RBC Roosendaal een van de laagste begrotingen in de hoogste divisie heeft. ‘Het verschil met de topclubs is daardoor nauwelijks nog te overbruggen. Mist Feyenoord bijvoorbeeld Buffel, dan kan het die zo vervangen voor Lurling. Wij hebben die mogelijkheid niet.’ Dekker weet waarover hij praat, want Ebou Sillah brak deze week zijn kuitbeen en is minimaal zes weken uitgeschakeld. ‘Een grote tegenvaller, ook voor de attractiviteit van ons spel. Jongens als Sillah en Wooter brengen toch iets extra’s. Toch ook hoort dit bij het voetbal’, treurt de trainer. RBC Roosendaal zal zich tegen het 'grote' Feyenoord echter niet bij voorbaat neerleggen bij een grote nederlaag. ‘We zullen door het leveren van strijd onze huid zo duur mogelijk verkopen. Voor de spelers en de supporters is het mooi om in de eredivisie te voetballen, zeker wanneer zo’n grote club als Feyenoord op bezoek komt.’