Persconferentie met Bobby Robson
De begroeting met Fred Blankemeijer is veelzeggend. Op het moment dat Bobby Robson de perszaal van De Kuip betreedt voor zijn praatje met de pers, schudt hij met een grote lach Feyenoords senior manager de hand. ‘We are still here, my friend’, lacht de grijze trainer Blankemeijer toe. Hoe klein de gelegenheid ook is, de Engelsman maakt er met zijn verschijning altijd een feestje van.
Feyenoords assistent-trainer John Metgod zei het treffend: ‘Al zou Bobby Robson mij een lul noemen, dan nog vind ik hem aardig.’ De 69-jarige coach weet zeer goed dat hij het imago heeft van een lieve opa, zelfs bij de Engelse pers. Nooit lijkt er ook maar één kritische vraag over de lippen van het doorgaans sluwe journaille te komen. De ondervraging voorafgaand aan het belangrijke Champions Leagueduel tegen Feyenoord is daarop geen uitzondering. De media vragen Robson het hemd van het lijf en de coach geeft overal netjes antwoord op. Alleen: hij zegt feitelijk niets.
Over de inzetbaarheid van Craig Bellamy bijvoorbeeld: ‘Craig maakt met de dag meer progressie en hij is hier niet om niet te spelen.’ Of over de kansen van zijn ploeg Newcastle tegen de Rotterdammers: ‘Beide teams kunnen winnen, beide teams denken dat ze kunnen winnen, en beide teams willen winnen. Het wordt dus heel interessant, want bovenal is de prijs die er op het spel staat erg hoog.’ Het feit dat de thuisclub enkele belangrijke spelers moet missen, maakt weinig indruk op de voormalig PSV-trainer. ‘Kalou is zo gevaarlijk. We moeten hem zeker niet vergeten. Maar Feyenoord heeft meer voetballers die ons pijn kunnen doen. Al kunnen wij dat ook bij hun.’ Robson probeert zijn ploeg blijkbaar zo veel mogelijk in de underdogrol te manoeuvreren. ‘Dit is een club met een rijke historie. Het publiek kan hier een bepaalde sfeer oproepen, vergelijkbaar met ons stadion. Maar jongens, aanschouw het morgen zelf.’
Toch verschijnt er aan het eind van de persconferentie even een serieuze blik op zijn gezicht, als hem wordt verteld dat Juventus een rits aan basisspelers in Turijn heeft gelaten voor de wedstrijd tegen Kiev. ‘Dat wist ik niet, maar het verrast me niets. Wat zou ik hun situatie hebben gedaan? Al gekwalificeerd voor de volgende ronde en met veel wedstrijden voor de boeg? Kijk, het is niet leuk om te verliezen, zeker niet in Europa. Daarom zou ik een mix van ervaren en onervaren spelers opstellen. Al is het begrijpelijk dat Juventus dit doet. Toch zou het me niet verbazen wanneer ‘Juve’ die wedstrijd wint. Ik denk dat het tweede garnituur juist nu zijn kans ruikt en die willen ze pakken. Ach, that’s football!’
De glimlach keert weer terug op het gezicht van Robson. Of hij nog even tijd heeft voor een aantal radio-interviews? ‘Tuurlijk, altijd. En daarna nog even voor de tv, het is Sir Bobby nooit te gek. Ondertussen werken zijn spelers buiten in de regenachtige Kuip hun laatste training voorafgaand aan de wedstrijd af. Pas een half uur na aanvang verschijnt ook Robson op het veld. That’s football, that’s Bobby Robson.