EIS AANKLAGER NU VIER WEDSTRIJDEN SCHORSING
In Zeist is donderdagavond het beroep behandeld dat Robin van Persie indiende tegen het schikkingsvoorstel van drie wedstrijden schorsing. Van Persie werd tijdens de behandeling vrijgepleit door getuigen Stijn Vreven en prof. Hollander, hoogleraar in de bewegingsfysiologie. Hollander oordeelde dat er geen sprake was geweest van een trappende beweging. Toch voegde de aanklager nog een duel schorsing aan zijn oorspronkelijke eis toe.
Naar aanleiding van de rode kaart die hij ontving tijdens FC Utrecht-Feyenoord kreeg Robin van Persie vorige week een schikkingsvoorstel van vier wedstrijden schorsing waarvan één wedstrijd voorwaardelijk. Van Persie ging tegen dat voorstel in beroep en diende zich daarom donderdagavond laat in Zeist te vervoegen bij de tuchtcommissie. De aanvaller werd daarbij terzijde gestaan door teammanager Hans Hagelstein en Feyenoords jurist Mr. Joris van Benthem.
Tijdens de behandeling van het beroep werden er naast Robin van Persie, die met klem volhield géén trappende beweging naar Vreven te hebben gemaakt en stelde dat hij simpelweg te laat kwam in het duel, nog drie getuigen gehoord: scheidsrechter Dick van Egmond, 'slachtoffer' Stijn Vreven en getuige-deskundige prof. A.P. Hollander, hoogleraar in de bewegingsfysiologie aan de Vrije Universiteit van Amsterdam.
Prof. Hollander analyseerde op verzoek van Feyenoord nauwkeurig de tv-beelden van het incident en concludeerde op grond daarvan dat Van Persie géén trappende beweging had gemaakt, maar dat het ging om een botsing. FC Utrecht-speler Stijn Vreven was diezelfde mening toegedaan. Vreven herhaalde nog maar eens dat hij van mening was dat Van Persie geen overtreding op hem maakte en dat bestraffing daarom belachelijk zou zijn.
Scheidsrechter Van Egmond bleef bij zijn visie op het geheel en oordeelde dat Van Persie wel degelijk een overtreding had gemaakt op de Belg, al reduceerde hij de uitwerking die die overtreding op Vreven had gehad van 'een salto' tot 'een buiteling'.
Na het aanhoren van de getuigenissen achtte de aanklager van de KNVB het niet opportuun om zijn eis jegens Van Persie nog maar eens te verzwaren: in plaats van drie eiste hij nu vier duels onvoorwaardelijke schorsing, hetgeen zou betekenen dat Feyenoord zijn linksbuiten in alle resterende competitieduels en in de bekerfinale zou moeten missen.
De tuchtcommissie laat in de loop van vrijdagochtend weten of zij het eens is met de aanklager. Mocht Van Persie zich niet kunnen vinden in de uitspraak, dan rest hem nog de beroepscommissie.