Rechtbank Rotterdam rondt zaak Van den Herik tegen Feyenoord af
Met een definitieve uitspraak heeft de Rotterdamse rechtbank deze week (bij vonnis van 30 maart 2011) de rechtszaak afgesloten die oud-voorzitter Jorien van den Herik tegen Feyenoord had aangespannen.
Feyenoord is door de rechter vrijwel volledig in het gelijk gesteld. Dit betekent dat Feyenoord geen rente hoeft te vergoeden over de juridische kosten die Van den Herik vanaf 1999 tot 2008 zegt te hebben gemaakt in de zogeheten FIOD-procedure, waarin Feyenoord en de oud-voorzitter enkele jaren geleden verwikkeld waren. Ook hoeft Feyenoord de reis- en verblijfskosten en de kosten van tijdsverzuim niet te vergoeden die Van den Herik zei te hebben gemaakt.
Het ging om een bedrag van 300.000 euro, dat Feyenoord nu dus niet hoeft te betalen. Wel moet Feyenoord, en daar werd al van uitgegaan, zoals gebruikelijk is de wettelijke rente betalen die Van den Herik misliep gedurende de procedure van 2008 tot het moment dat Feyenoord de kosten van rechtsbijstand heeft vergoed aan de voormalige voorzitter. Dit gaat om een bedrag van circa 40.000 euro, dat Feyenoord inmiddels heeft overgemaakt. Meer dan vier jaar na zijn vertrek is de zaak hiermee definitief afgerond, tenzij Van den Herik het vonnis van de rechtbank niet accepteert en in beroep gaat.
Feyenoord en Van den Herik moesten in 2001 voor de rechter verschijnen op beschuldiging van fraude en belastingontduiking rond niet afgedragen loonbelasting van spelers in de periode 1995-1998 respectievelijk voor het leiding geven daaraan. Volgens het openbaar ministerie zou dit aan de orde zijn geweest bij de transfers naar Feyenoord van de spelers Vidmar, Allotey en Gyan.
In de strafzaak werden Feyenoord en haar toenmalige voorzitter vrijgesproken van fraude en belastingontduiking. In een daarop volgende belastingzaak rond Aurelio Vidmar werd de club echter in het ongelijk gesteld en – na in beroep te zijn gegaan - uiteindelijk in maart 2007 door de Hoge Raad veroordeeld tot het alsnog afdragen van ruim1,5 miljoen euro loonbelasting inclusief rente.
Kort gezegd luidde de conclusie dat in de strafzaak niet wettig en overtuigend was bewezen dat strafbaar was gehandeld, maar bleek uit de daarop volgende belastingzaak dat Feyenoord desondanks nog wel de destijds niet-betaalde belastingen inclusief boetes en rente diende te voldoen. Na deze onherroepelijke uitspraak van de Hoge Raad zag Feyenoord zich in 2007 dan ook genoodzaakt om de overeenkomende zaken van de spelers spelers Patrick Allotey, Julio Cruz, Patricio Graff, Christian Gyan, Eduardo ‘Tati’ Montoya, Fernando Picun en Pablo Sanchez te schikken voor een bedrag van ruim 6 miljoen inclusief rente. Feyenoord zag zich genoodzaakt te schikken voor dit bedrag na uitgebreid advies te hebben ingewonnen bij twee gezaghebbende juridische adviesbureaus, waaronder het advocatenkantoor dat Feyenoord en Van den Herik heeft bijgestaan in de gewonnen strafzaak.
In totaal, met inbegrip van alle door de club gemaakte (advies)kosten in de FIOD-zaak en de belastingzaak, heeft de affaire Feyenoord bijna 10 miljoen euro gekost.
Vlak voor het vertrek van Van den Herik bij Feyenoord bedong de ex-voorzitter eind 2006 dat de club de kosten van de rechtsbijstand voor haar rekening zou nemen, die hij had gemaakt in eerdergenoemde strafzaak. Dit voor zover deze door hem niet verhaald konden worden op de Staat der Nederlanden.
Van den Herik claimde na de strafprocedure bij de Staat circa 1,3 miljoen euro aan gemaakte juridische kosten, inclusief circa 300.000 euro aan gederfde rente en overige kosten (reis- en verblijfkosten alsmede ook tijdverzuim) maar kreeg daarvan uiteindelijk circa 350.000 euro vergoed van de Staat.
Volgens de oud-voorzitter resteerde daarmee een door Feyenoord te betalen bedrag van bijna 1 miljoen euro. Feyenoord stelde echter dat niet een miljoen maar circa 730.000 euro aan hem vergoed diende te worden. Noch door Feyenoord, noch door Van den Herik immers was destijds ooit gesproken over het ook nog moeten vergoeden van misgelopen rente en andere soorten van kosten. De rechter is het daarmee dus eens, maar Feyenoord moet wel de wettelijke rente vanaf 2008 betalen.
Algemeen directeur Eric Gudde toonde zich niet verrast door de uitspraak en is blij dat er nu een streep onder deze slepende zaak is gezet. ‘De afspraken stonden immers helder op papier en met de wettelijke rente hebben we rekening gehouden. We gaan er van uit dat de zaak nu is afgerond’, stelt Gudde, ‘Wat mij betreft schudden we elkaar hier in De Kuip binnenkort de hand ter bevestiging daarvan. Die uitnodiging van ons aan Jorien van den Herik staat al tijden, maar herhaal ik hierbij graag.’
Het ging om een bedrag van 300.000 euro, dat Feyenoord nu dus niet hoeft te betalen. Wel moet Feyenoord, en daar werd al van uitgegaan, zoals gebruikelijk is de wettelijke rente betalen die Van den Herik misliep gedurende de procedure van 2008 tot het moment dat Feyenoord de kosten van rechtsbijstand heeft vergoed aan de voormalige voorzitter. Dit gaat om een bedrag van circa 40.000 euro, dat Feyenoord inmiddels heeft overgemaakt. Meer dan vier jaar na zijn vertrek is de zaak hiermee definitief afgerond, tenzij Van den Herik het vonnis van de rechtbank niet accepteert en in beroep gaat.
Feyenoord en Van den Herik moesten in 2001 voor de rechter verschijnen op beschuldiging van fraude en belastingontduiking rond niet afgedragen loonbelasting van spelers in de periode 1995-1998 respectievelijk voor het leiding geven daaraan. Volgens het openbaar ministerie zou dit aan de orde zijn geweest bij de transfers naar Feyenoord van de spelers Vidmar, Allotey en Gyan.
In de strafzaak werden Feyenoord en haar toenmalige voorzitter vrijgesproken van fraude en belastingontduiking. In een daarop volgende belastingzaak rond Aurelio Vidmar werd de club echter in het ongelijk gesteld en – na in beroep te zijn gegaan - uiteindelijk in maart 2007 door de Hoge Raad veroordeeld tot het alsnog afdragen van ruim1,5 miljoen euro loonbelasting inclusief rente.
Kort gezegd luidde de conclusie dat in de strafzaak niet wettig en overtuigend was bewezen dat strafbaar was gehandeld, maar bleek uit de daarop volgende belastingzaak dat Feyenoord desondanks nog wel de destijds niet-betaalde belastingen inclusief boetes en rente diende te voldoen. Na deze onherroepelijke uitspraak van de Hoge Raad zag Feyenoord zich in 2007 dan ook genoodzaakt om de overeenkomende zaken van de spelers spelers Patrick Allotey, Julio Cruz, Patricio Graff, Christian Gyan, Eduardo ‘Tati’ Montoya, Fernando Picun en Pablo Sanchez te schikken voor een bedrag van ruim 6 miljoen inclusief rente. Feyenoord zag zich genoodzaakt te schikken voor dit bedrag na uitgebreid advies te hebben ingewonnen bij twee gezaghebbende juridische adviesbureaus, waaronder het advocatenkantoor dat Feyenoord en Van den Herik heeft bijgestaan in de gewonnen strafzaak.
In totaal, met inbegrip van alle door de club gemaakte (advies)kosten in de FIOD-zaak en de belastingzaak, heeft de affaire Feyenoord bijna 10 miljoen euro gekost.
Vlak voor het vertrek van Van den Herik bij Feyenoord bedong de ex-voorzitter eind 2006 dat de club de kosten van de rechtsbijstand voor haar rekening zou nemen, die hij had gemaakt in eerdergenoemde strafzaak. Dit voor zover deze door hem niet verhaald konden worden op de Staat der Nederlanden.
Van den Herik claimde na de strafprocedure bij de Staat circa 1,3 miljoen euro aan gemaakte juridische kosten, inclusief circa 300.000 euro aan gederfde rente en overige kosten (reis- en verblijfkosten alsmede ook tijdverzuim) maar kreeg daarvan uiteindelijk circa 350.000 euro vergoed van de Staat.
Volgens de oud-voorzitter resteerde daarmee een door Feyenoord te betalen bedrag van bijna 1 miljoen euro. Feyenoord stelde echter dat niet een miljoen maar circa 730.000 euro aan hem vergoed diende te worden. Noch door Feyenoord, noch door Van den Herik immers was destijds ooit gesproken over het ook nog moeten vergoeden van misgelopen rente en andere soorten van kosten. De rechter is het daarmee dus eens, maar Feyenoord moet wel de wettelijke rente vanaf 2008 betalen.
Algemeen directeur Eric Gudde toonde zich niet verrast door de uitspraak en is blij dat er nu een streep onder deze slepende zaak is gezet. ‘De afspraken stonden immers helder op papier en met de wettelijke rente hebben we rekening gehouden. We gaan er van uit dat de zaak nu is afgerond’, stelt Gudde, ‘Wat mij betreft schudden we elkaar hier in De Kuip binnenkort de hand ter bevestiging daarvan. Die uitnodiging van ons aan Jorien van den Herik staat al tijden, maar herhaal ik hierbij graag.’